Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - Z

0 (1) 1 (7) 2 (3) A (611) B (957) C (173) D (3800) E (1413) F (177) G (822) H (2138) I (1284) J (264) K (683) L (406) M (622) N (337) O (675) P (426) Q (2) R (342) S (970) T (996) U (172) V (1112) W (1035) X (3) Y (88) Z (871)
Dutch Recording English Learn
Ze stelden minder breuken en hoofdletsels vast.
They noticed fewer fractures and head injuries.
Ze stoppen daar allebei.
Both of them stop there.
Ze stopte met praten.
She stopped talking.
Ze streelde liefdevol zijn baard.
She lovingly stroked his beard.
Ze tastte naar haar sleutels.
She groped for her keys.
Ze trilde van opwinding.
She trembled with excitement.
Ze veegde het kwijl van haar mond af.
She wiped the drool off her mouth.
Ze verdween langzaam in het nevelige bos.
She slowly disappeared into the foggy forest.
Ze verkopen meubels.
They sell furniture.
Ze verslaat elke tegenstander moeiteloos.
She defeats every opponent effortlessly.
Ze verwacht een kind.
She is expecting a child.
Ze verwierp het dwaze idee en koos voor een betere aanpak.
She rejected the foolish idea and opted for a better approach.
Ze verwijderde de wikkel van de chocoladereep.
She removed the wrapper from the chocolate bar.
Ze vinden me niet leuk.
They don’t like me.
Ze vindt hem leuk.
She likes him.
Ze vlogen elkaar naar de keel.
They were at each other’s throats.
Ze voelde zich neerslachtig.
She felt depressed.
Ze voelde zich voor schut.
She felt embarrassed.
Ze vonden het erg leuk.
They enjoyed it very much.
Ze waarschuwden ons voor de gevaren van verdrinking.
They warned us about the dangers of drowning.
Ze wacht op de knappe, blonde prins.
She’s waiting for the handsome, blond prince.
Ze waren aan het honkballen in het park.
They were playing baseball in the park.
Ze waren aan het slapen.
They were sleeping.
Ze waren al getrouwd.
They already got married.
Ze waren moe na al het gezeul met de bagage.
They were tired after all the dragging of luggage.
Ze waren niet thuis.
They were not home.
Ze waren uitgegaan.
They had gone out.
Ze waren van mij.
They were mine.
Ze was een telg uit een van de aanzienlijkste families van Venetië.
She was a descendant of one of the most important families in Venice.
Ze was naar bed gegaan.
She had gone to bed.
Ze was nog steeds een maagd.
She was still a virgin.
Ze was te verwaand om de suggesties van anderen te accepteren.
She was too arrogant to accept others’ suggestions.
Ze was zodanig geschrokken dat ze niet kon praten.
She was so shocked that she couldn’t speak.
Ze weigeren een omweg te nemen omdat het korter is.
They refuse to take a detour because it’s shorter.
Ze werd betrapt terwijl ze het geld stal.
She was caught while stealing the money.
Ze werd door haar moeder begeleid.
She was accompanied by her mother.