Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - Z

0 (1) 1 (7) 2 (4) A (473) B (743) C (113) D (2778) E (660) F (124) G (576) H (1431) I (725) J (167) K (511) L (299) M (463) N (269) O (505) P (357) Q (1) R (249) S (708) T (634) U (113) V (819) W (667) Y (87) Z (490)
Dutch Recording English Learn

Ze kon haar knieën voelen trillen.

She felt her knees tremble.

Ze kon hem niet ontmoeten.

She wasn’t able to meet him.

Ze kreeg promotie.

She was promoted.

Ze kunnen allemaal rijden.

They all can drive.

Ze kunnen geen dijken maken.

They can’t build dikes.

Ze kwam om het zelf te doen.

She came to do it herself.

Ze kwam!

She came!

Ze nam het potlood en begon te schrijven.

She took the pencil and started writing.

Ze reageerde niet meer op mijn berichten.

She no longer responded to my messages.

Ze reden samen op de tandem.

They rode together on the tandem.

Ze schudt haar hoofd.

She’s shaking her head.

Ze speelt gitaar.

She plays the guitar.

Ze spreekt geen Frans.

She doesn’t speak French.

Ze stelden minder breuken en hoofdletsels vast.

They noticed fewer fractures and head injuries.

Ze stoppen daar allebei.

Both of them stop there.

Ze verdween langzaam in het nevelige bos.

She slowly disappeared into the foggy forest.

Ze vinden me niet leuk.

They don’t like me.

Ze wacht op de knappe, blonde prins.

She’s waiting for the handsome, blond prince.

Ze waren aan het slapen.

They slept.

Ze was een telg uit een van de aanzienlijkste families van Venetië.

She was a descendant of one of the most important families in Venice.

Ze was nog steeds een maagd.

She was still a virgin.

Ze weigeren een omweg te nemen omdat het korter is.

They refuse to take a detour because it’s shorter.

Ze werd verpleegster.

She became a nurse.

Ze wil het doen.

She wants to do it.

Ze wist niet wat ze hier zou kunnen doen.

She didn’t know what she could do here.

Ze woont in dit dorp.

She lives in this village.

Ze zeggen me dat je verstrooid bent.

They tell me that you’re absent-minded.

ze zien de televisiequiz

they watch quizzes on the telly

Ze zijn allebei van Australië.

Both of them are from Australia.

Ze zijn identiek.

They’re identical.

Ze zijn niet zo goed in hun werk.

They are not so good at their job.

Ze zullen niet ver komen.

They won’t get far.

zebra

zebra

zedenschennis

sex offense

zee

sea

zeebaars

sea bass