Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - E

0 (1) 1 (7) 2 (3) A (611) B (957) C (173) D (3800) E (1413) F (177) G (822) H (2138) I (1284) J (264) K (683) L (406) M (622) N (337) O (675) P (426) Q (2) R (342) S (970) T (996) U (172) V (1112) W (1035) X (3) Y (88) Z (871)
Dutch Recording English Learn
een Fransman
a Frenchman
een freelance opdracht
a freelance job
een fruitkraam
a fruit stand
een garderobe
a wardrobe
een gebakken ei
a fried egg
Een gebalde vuist kan stress aanduiden.
A closed fist can indicate stress.
een gebarsten borstbeen
a cracked sternum
een gebouw
a building
een gebreid vest
a knitted cardigan
een gebreide bivakmuts
a knitted balaclava
een gebrek aan
a lack of
een gebroken mast
a broken mast
een gebroken sleutelbeen
a broken collarbone
een gedaante in een zwarte mantel
a figure in a black cloak
een gedegen analyse
a thorough analysis
een geheim
a secret
een geheime kamer
a secret room
een geheugen als een zeef
a memory like a sieve
een geijkte scanner
a calibrated scanner
een gekookt ei
a boiled egg
een gemeenschap
a community
een gemeenschappelijke vijand
a common enemy
één gemeenschappelijke vriend
one mutual friend
een gen
a gene
een genezing
a healing
Een geparkeerde auto versperde mijn oprit.
A parked car was blocking my driveway.
Een gepiep deed zich horen, en al de dooren van de eieren waren levend geworden en staken de kopjes uit de schalen.
A chirp was heard, and all the animals of the eggs came alive and stuck their heads out of the egg shells.
een gerecht
a dish
een geschenk
a gift
een gevangenisstraf
a prison sentence
een gevangenisstraf tussen twee en drie jaar
a prison sentence of between two and three years
een gewapende man
an armed man
een geweer
a gun
een gewelddadige man
a violent man
een geweldig avontuur
a great adventure
een gewestweg
a regional road