Dutch-English Dictionary - T

0 (2) 1 (16) 2 (8) A (760) B (1159) C (210) D (4158) E (1651) F (206) G (959) H (2456) I (1493) J (308) K (792) L (470) M (780) N (422) O (848) P (535) Q (2) R (405) S (1126) T (1136) U (202) V (1337) W (1240) X (3) Y (88) Z (1026)

Dutch	English	Learn
thuisbezorgd	home delivery	Learn
thuisomgeving	home environment	Learn
thuisonderwijs	home schooling	Learn
Thuisonderwijs in Nederland en de Verenigde Staten	Homeschooling in the Netherlands and the United States (dialogue)	Learn
ticket	ticket	Learn
tickets	tickets	Learn
tien	ten (10)	Learn
tien dagen geleden	ten days ago	Learn
tien ellendige jaren	ten miserable years	Learn
tien en tien	ten and ten	Learn
tien min drie is zeven	ten minus three equals seven	Learn
tien min tien is nul	ten minus ten equals zero	Learn
tien min vier is zes	ten minus four equals six	Learn
tien min vijf is vijf	ten minus five equals five	Learn
tien over acht	ten past eight	Learn
tien over één	ten past one	Learn
tien over half negen	twenty to nine	Learn
tien over half zes	twenty to six	Learn
tien over vijf	ten past five	Learn
tien procent	ten percent	Learn
tien uur	ten o’clock	Learn
tiende	tenth	Learn
tienduizend	ten thousand (10,000)	Learn
tiener	teenager	Learn
tientallen	tens	Learn
Tientallen jihadisten kwamen vervroegd vrij.	Dozens of jihadists were released early.	Learn
tij	tide	Learn
tijd	time	Learn
tijd	tense	Learn
tijd voor een nieuwe verwarmingsketel	time for a new boiler	Learn
tijdelijke	temporary	Learn
tijden	times	Learn
tijdens	during	Learn
Tijdens de achtervolging werd de vluchtauto klemgereden.	During the chase, the getaway car was blocked off.	Learn
Tijdens de archeologische opgraving werd een oude nederzetting blootgelegd.	During the archaeological dig, an ancient settlement was uncovered.	Learn
Tijdens de première stonden de schijnwerpers vol op de hoofdrolspeler.	During the premiere, the spotlights were fully on the main actor.	Learn