Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - V

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (717) B (1128) C (201) D (3961) E (1475) F (203) G (923) H (2247) I (1323) J (285) K (771) L (466) M (719) N (392) O (809) P (525) Q (2) R (394) S (1105) T (1090) U (194) V (1267) W (1134) X (3) Y (88) Z (929)
Dutch Recording English Learn
voor mij
for me
Voor mijn aankopen heb ik contant betaald.
I paid for my purchases in cash.
Voor morgenavond.
For tomorrow night.
Voor ontvangen oproepen daalt de prijs van 7 naar 5 cent.
For received calls, the price drops from 7 to 5 cents.
voor te bereiden
to prepare
voor te stellen
to introduce (long form)
Voor vanavond.
For tonight.
Voor wie ben je bang?
Who are you afraid of?
Voor zijn nieuwe woning deed Rembrandt een aanbetaling van een vierde van de totale prijs.
Rembrandt made a deposit of one quarter of the total price for his new home.
vooraan
in the front
vooraanstaand
leading
vooraf
in advance
voorafbetalingen
advance payments
voorafgaand
prior
voorafgaande
previous
voorafgaande voorwaarden
preconditions
voorafgegaan
preceded
voorafje
appetizer
vooral
especially
vooraleer
before
Vooraleer te sterven wil ik Angkor Wat bezoeken.
I’d like to visit Angkor Wat before I die.
vooralsnog
for the time being
vooras
front axle
voorbarig
premature
voorbarige
premature (inflected form)
voorbeeld
example
voorbeelden
examples
voorbeelden geven
to give examples
voorbeelden van onaanvaardbaar handelen
examples of unacceptable actions
voorbehoedsmiddel
contraceptive
voorbereid
prepared
voorbereiden
prepare
voorbereiding
preparation
voorbij
past
voorbijdrijvende
drifting
voorbijdrijvende wolkenflarden
drifting cloud patches