Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - V

0 (2) 1 (16) 2 (8) A (760) B (1159) C (210) D (4158) E (1651) F (206) G (959) H (2456) I (1493) J (308) K (792) L (470) M (780) N (422) O (848) P (535) Q (2) R (405) S (1126) T (1136) U (202) V (1337) W (1240) X (3) Y (88) Z (1026)
Dutch Recording English Learn
verzwegen
concealed
verzwolgen
swallowed up
vest
cardigan
vestigen
to settle
vestiging
establishment
vestiging
branch (part of a business)
vestigingen
branches (part of a business)
vestigingsland
country of residence
vet
fat (noun)
vete
feud
vette
fat
vezel
fiber
vezelrijk
rich in fiber
Vezelrijk voedsel is goed voor je darmen.
Fiber-rich food is good for your intestines.
via
via
Victoria
Victoria
Victoria Beckham
Victoria Beckham
Victoria’s Secret Angels
Victoria’s Secret Angels
Victoria’s Secret Angels genieten van de Griekse zon.
Victoria’s Secret Angels enjoy the Greek sun.
viel
fell
vielen
fell (plural)
vier
celebrate
vier
four (4)
vier acht één
four eight one
vier en vier
four and four
Vier je Thanksgiving met je gezin?
Do you celebrate Thanksgiving with your family?
Vier kinderen is genoeg.
Four kids are enough.
vier maal twee is acht
four times two equals eight
vier maal zes is vierentwintig
four times six equals twenty four
vier maanden geleden
four months ago
vier min drie is gelijk aan één
four minus three equals one
vier min één is drie
four minus one equals three
vier min twee is twee
four minus two equals two
vier plus zeven is elf
four plus seven equals eleven
vier sneetjes kaas
four slices of cheese
vier twee drie één
four two three one