Dutch-English Dictionary - B

0 (1) 1 (7) 2 (3) A (597) B (895) C (168) D (3754) E (1374) F (166) G (754) H (2088) I (1270) J (252) K (624) L (381) M (595) N (319) O (650) P (400) Q (2) R (321) S (903) T (966) U (159) V (1063) W (995) X (3) Y (88) Z (832)

Dutch	English	Learn
berichten	messages	Learn
berichtgeving	reporting	Learn
Berlusconi baalt	Berlusconi is fed up	Learn
Berlusconi: veroordeling is totaal ongegrond	Berlusconi: conviction is completely unfounded	Learn
berm	roadside	Learn
beroemd	famous	Learn
beroemde	famous (long form)	Learn
beroemdheid	celebrity	Learn
beroeps	professional	Learn
beroepsgeheim	professional secrecy	Learn
beroepsverenigingen	professional associations	Learn
beroeren	to affect	Learn
beroven	to rob	Learn
Bert	Bert	Learn
Bert loopt naar een bushalte en ziet daar een andere reiziger staan.	Bert walks up to a bus stop and sees another traveller standing there.	Learn
berust	rests	Learn
bes	berry	Learn
beschaamd	ashamed	Learn
beschadigd	damaged	Learn
bescheiden	modest	Learn
beschermde	protected	Learn
beschermen	to protect	Learn
beschermt	protects	Learn
beschikbaar	available	Learn
beschikken	to have at your disposal	Learn
beschilderen	to paint	Learn
beschouwen	consider	Learn
beschowen	to consider	Learn
beschrijf	describe	Learn
Beschrijf dat ongeval in detail.	Describe that accident in detail.	Learn
beschrijven	describe (plural)	Learn
beschrijving	description	Learn
beschuitbol	crumpet	Learn
beschuldigde	accused	Learn
beschuldigingen	accusations	Learn
beschuldigingen van grensoverschrijdend gedrag	accusations of inappropriate behaviour	Learn