English-Dutch Dictionary - H

0 (2) 1 (81) 2 (25) 3 (24) 4 (26) 5 (22) 6 (22) 7 (22) 8 (21) 9 (20) A (867) B (471) C (723) D (493) E (288) F (394) G (243) H (531) I (921) J (72) K (51) L (293) M (397) N (211) O (204) P (525) Q (25) R (304) S (1023) T (4635) U (84) V (91) W (621) Y (233) Z (8) ส (1)

English	Dutch	Learn
housing	huisvesting	Learn
how	hoe	Learn
how	wat	Learn
How are things going?	Hoe gaan de zaken?	Learn
How are you doing that with your hand?	Hoe doe je dat met je hand?	Learn
How are you?	Hoe gaat het met je?	Learn
How can I contact a Japanese-speaking doctor?	Hoe kan ik contact opnemen met een Japans sprekende dokter?	Learn
How could he ever think to wish to be this pretty himself?	Hoe zou het hem ook in de gedachten komen, te wensen, zelf zo mooi te zijn?	Learn
How dare you utter such lies!	Hoe durf je zulke leugens uit te kramen!	Learn
How did it happen?	Hoe is dat gebeurd?	Learn
How did she get involved?	Hoe raakte ze betrokken?	Learn
How did you know Tom and Mary were the ones who stole your saxophone?	Hoe wist je dat Tom en Mary degenen waren die je saxofoon hadden gestolen?	Learn
How do I get to the airport?	Hoe kom ik bij de luchthaven?	Learn
How do I get to the British consulate?	Hoe kom ik bij het Brits consulaat?	Learn
How do I get to the bus station?	Hoe kom ik bij het busstation?	Learn
How do I get to the centre?	Hoe kom ik bij het centrum?	Learn
How do I get to the train station?	Hoe kom ik bij het station?	Learn
How do I get to the youth hostel?	Hoe kom ik bij de jeugdherberg?	Learn
How do we decide?	Hoe beslissen we?	Learn
How do you keep costs down?	Hoe houd je de kosten laag?	Learn
How do you know which brush or pencil you should use?	Hoe weet je welke kwast of penseel je moet gebruiken?	Learn
How do you say ‘Hello’ in English?	Hoe zeg je ‘hallo’ in het Engels?	Learn
How do you tackle SEO in Drupal?	Hoe pak je SEO in Drupal aan?	Learn
How does the CM intend to tackle the problem?	Hoe wil de CM het probleem aanpakken?	Learn
How exciting!	Hoe spannend!	Learn
How is it going?	Alles kits?	Learn
How is she?	Hoe is zij?	Learn
How is your dad?	Hoe gaat het met je vader?	Learn
How it looked like now	Wat zag het er nu uit	Learn
How large is your bedroom?	Hoe groot is je slaapkamer?	Learn
How long do we have to wait here?	Hoe lang moeten we hier wachten?	Learn
How long does it take to make?	Hoe lang duurt het trouwens om te maken?	Learn
How many languages can you speak well?	Hoeveel talen spreek je vlot?	Learn
How many languages do you want to learn?	Hoeveel talen wil je leren?	Learn
How many languages have you studied?	Hoeveel talen heb je geleerd?	Learn
How many meals a day do you eat?	Hoeveel maaltijden per dag eet jij?	Learn