Ik had dat niet moeten eten.
Ga jij dit gebruiken?
Tom kon ons helpen vandaag.
We moeten iets kopen voor Tom.
Tom dacht dat het pijn zou doen.
Je had me je moeten laten helpen.
Mag ik uw telefoon gebruiken?
Hoe zal ik met deze pijn kunnen leven?
Je mag mijn auto gebruiken, als je wil.
Als ik het geld had, zou ik een nieuw huis kopen.
De hemel mag weten, wat er in het bed geweest is!
Zijn jullie allemaal samen gaan winkelen?
En zij streek al de lucifers uit het doosje af, want zij wilde haar grootmoeder zo graag bij zich houden.
in vorm zijn
om zeep helpen
een fout maken
Frans spreken
in vorm blijven
Moet Tom niet eerst gaan?