als het maar de vergunning kon krijgen, om in het riet te liggen
Doe je best maar om eieren te leggen of te spinnen of vonken uit je lijf te laten komen.
De volgende dag was het mooi, heerlijk weer; de zon scheen op alle groene bladeren.
“Wat is de wereld toch groot!” zeiden al de jongen; want nu hadden zij heel wat meer plaats dan in het ei.
Ik ben ziek.
Wacht even.
Wacht eens!
Ik ben klaar.
wij liepen
te trouwen
Zeg gewoon ja.
opslag is vol
Laat me met rust.
Mijn kind is ziek.
Ik zie het ook niet.
vertel me iets
Ik moet slapen.
ontslag nemen
neemt ontslag