Eindelijk werd het moede, bleef doodstil liggen en vroor in het ijs vast.
het was treurig, omdat het er lelijk uitzag en door al de anderen bespot werd
En de kater was heer in huis, en de kip was er zo goed als vrouw, en altijd zeiden zij: «Wij en de wereld!»
Tegen de morgen vlogen de wilde eenden op en bekeken haar nieuwe kameraad eens.
En dat deden zij; maar de andere eenden in de rondte bekeken ze en zeiden tegen elkaar:
Hun poten gingen van zelf, en allen waren zij in het water; zelfs het lelijke, grauwe eendje zwom mee.
Ik zeg je de waarheid, al vind je dit ook niet prettig, en daaraan kan men zien, wie zijn ware vrienden zijn
je verdwijnt evenals de warme kachel, evenals het heerlijke ganzengebraad en de grote, prachtige Kerstboom.
pijl en boog
feeënmoeder
met vlag en wimpel
broers en zussen
Tom en ik lachten.
Buig je hals nu en zeg: Kwak!
en twee met mayonaise
wees nederig en vriendelijk
Spreek langzaam en duidelijk.
Het is een kwestie van leven en dood.
en wat moeraswater te drinken
Ik wens je wat hoop en wat uitzicht op morgen.