Ik wil met het Amerikaanse consulaat spreken.
Ik wil enkel in een appartement wonen als het een balkon heeft.
Ik wil een auto huren.
Ik wil ervan genieten.
Ik wil een gerecht met ham.
Ik wil vertrekken.
Ik wil een advocaat spreken.
ik wil jullie niet beledigen
Ik wil dit woordenboek kopen.
Ik wil niet gedwongen worden om mijn webcam aan te zetten.
Wil je met ons meegaan en trekvogel worden?
Ik wil van de gelegenheid gebruikmaken om mijn wensen over te brengen.
Het wil maar niet opengaan; maar kijk eens naar de anderen: zijn dat niet de liefste eendjes, die je ooit van je leven gezien hebt?
Ik wil vrijen.
ik wil nog eens beklemtonen
Ik wil niet blijven aandringen.
Ik wil met het Canadese consulaat spreken.
Ik wil geen voorbarige conclusies trekken.
Als je het wil proberen, ga je gang en probeer het.
Ik wil met de Australische ambassade spreken.