Understand spoken Dutch

Verbs (Present tense, 3rd person plural) Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
What are the different options?

Wat zijn de verschillende opties?

Dogs are smarter than we think.

Honden zijn slimmer dan we denken.

Emerging markets are tumbling down.

Groeilanden tuimelen naar beneden.

We’re all married men.

We zijn allemaal getrouwde mannen.

The Flemish are devoted to the car.

Vlamingen zijn verknocht aan de auto.

Politicians need two years of delousing

Politici moeten twee jaar ontluizen

his horses are faster than eagles

zijn paarden zijn sneller dan adelaars

When the cat’s away, the mice will play.

Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel.

People commemorate deceased loved ones

Mensen herdenken overleden dierbaren

New drivers have to bring relief

Nieuwe chauffeurs moeten soelaas brengen

What color are your bedroom walls?

Welke kleur hebben de muren van je slaapkamer?

Circumstances have changed.

De omstandigheden zijn veranderd.

Tom and Maria disguised themselves as squirrels.

Tom en Maria vermomden zich als eekhoorns.

Traitors will be deported.

Verraders zullen gedeporteerd worden.

I think we need to set some limits.

Ik denk dat we enkele limieten moeten stellen.

don’t silence the voices of the children

de stemmen van de kinderen niet doen verstommen

Or have the planets sometimes not revealed that to you?

Of hebben de planeten dat soms niet aan je onthuld?

We need to conduct more experiments.

We moeten nog meer experimenten uitvoeren.

The most beautiful flowers bloom at the edge of the ravine.

Aan de rand van het ravijn bloeien de mooiste bloemen.

They refuse to take a detour because it’s shorter.

Ze weigeren een omweg te nemen omdat het korter is.