Conjunctions Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	My career started as an intern.	Mijn loopbaan begon als stagiair.
	Are you an optimist or a pessimist?	Ben jij een optimist of een pessimist?
	Tom makes more money than his parents.	Tom verdient meer dan zijn ouders.
	assorted raw vegetables and dips	een schotel rauwe groenten en dipsaus
	the surname, first name and date of birth	de naam, voornaam en de geboortedatum
	That silly joke made me laugh.	Die dwaze grap maakte me aan het lachen.
	a postcard and memories	een ansicht en herinneringen
	a mixture of envy and viciousness	een mengeling van afgunst en venijn
	but the Dutch created Holland	maar de Hollanders schiepen Holland
	the water dripped from her hair and clothes	het water droop haar uit het haar en de kleren
	Read the text and answer the questions.	Lees de tekst en beantwoord de vragen.
	Do we get a reward if we find him?	Krijgen we een beloning als we hem vinden?
	Dialects are spoken less and less.	Dialecten worden minder en minder gesproken.
	They are trying to drive a wedge between you and us.	Zij proberen een wig tussen u en ons te drijven.
	but it makes me rather melancholic	maar het maakt me wat melancholiek
	Cows and horses stand in the meadow in the summer.	Koeien en paarden staan ’s zomers in de wei.
	Hello, madam, do you know when the bus is coming?	Dag, mevrouw, weet u soms wanneer de bus komt?
	Every adult I know drinks beer.	Elke volwassene die ik ken drinkt bier.
	She fastened her helmet before cycling.	Ze gespte haar helm vast voordat ze ging fietsen.
	because the arrow had hit a tendon in his neck	want de pijl had een pees in zijn hals getroffen