Jan zat tobbend bij het haardvuur.
En de kater, die zij haar zoontje noemde, kon een hoge rug zetten en spinnen; hij gaf zelfs vonken van zich, maar dan moest men zijn haar de verkeerde kant opstrijken.
Yanni is populair in zijn school.
Ik heb nog nooit wijn gedronken.
Ik kan mijn bron niet onthullen.
Je hebt iets reins en weerloos gedood.
daarna nemen we de trein naar Londen
een heel schappelijk prijsje
daar loopt hij altijd over te pochen
Zij streek weer een lucifertje tegen den muur af, het werd weer helder, en in den glans daarvan stond haar oude grootmoeder, helder en glinsterend, vriendelijk en liefderijk.
Waarom gaan we niet zwemmen met Tom?
Tom en Mary lunchen niet vaak samen.
Tom is niet langer Mary’s chauffeur.
Yanni was illegaal geparkeerd.
Ik wil niet blijven aandringen.
Die lege kisten nemen te veel plaats in.
Ik betaal je niet om te staan kletsen.
Wat is er gaande in de Oost-Chinese Zee?
Thiam voorlopig negende in zevenkamp
Ik ben erg teleurgesteld in u.