een beetje
Tom heeft een auto.
een beetje geld
Yanni heeft een auto nodig.
Ik heb een nieuwe auto nodig.
een beetje meer alstublieft
Is er een badkamer in de kamer?
Op een dag zullen we het weten.
een mes
een man
een liefde
Tom heeft een mes in zijn hand.
een rode wijn
een bad nemen
een beetje hulp
Een thee met melk, alstublieft.
een beetje minder alstublieft
Ik zoek een oude man.
Tom kocht een hond.