“Kijk, zo gaat het nu in de wereld!” zei de moeder der eendjes, en zij stak haar snavel al uit, want zij wilde de palingkop ook wel hebben.”
Waar is je man?
Het tij is laag.
Dit is mijn man.
Hij snurkt.
Is het een wolf?
Wat is de datum?
Lunch is klaar.
De hond is zwart.
De rivier is te diep.
Is er een TV in de kamer?
Ze speelt gitaar.
Waarom is Tom niet moe?
Tom is gezond, toch?
Yanni moet werken.
«Nu sterft er iemand!»
Zij draagt een bril.
Het balkon is klein.
Het feest is voorbij.
Wat moet ik ze vertellen?