Travel Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	bicycle bridge	fietsbrug
	I’ll be flying to Boston.	Ik ga naar Boston vliegen.
	the map	de plattegrond
	a map	een plattegrond
	unacceptable	grensoverschrijdend
	They cycled there and took the train back.	Ze gingen met de fiets heen en met de trein terug.
	border management	grensbeheer
	a pub, a lady on a bike	een kroeg, een juffrouw op de fiets
	there is no one in the world cleverer than she is	wijzer dan zij is niemand op de wereld
	They were tired after all the dragging of luggage.	Ze waren moe na al het gezeul met de bagage.
	Are there any tourists here this evening, by any chance?	Zijn er hier vanavond toevallig toeristen?
	Now the tomcat was the master of the house, and the hen was mistress, and they always said, “We and the world,”	En de kater was heer in huis, en de kip was er zo goed als vrouw, en altijd zeiden zij: «Wij en de wereld!»
	the paths	de paden
	the trip	de tocht
	travel agent	reisagent
	the lockers	de kastjes
	chess world	schaakwereld
	the traveller	de reiziger
	world powers	wereldmachten
	luggage lockers	bagagekastjes