Times of day 1 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	km/h	km/uur
	all that time I write in chalk	al die tijd schrijf ik in krijt
	several minutes	verscheidene minuten
	On Monday my class starts at 8:00 am.	Op maandag begint mijn les om 8:00 uur.
	Every hour counts.	Ieder uur telt.
	the darkness	de duisternis
	It’s merely a matter of time.	Het is louter een kwestie van tijd.
	I used to play the trombone.	Ik speelde vroeger de trombone.
	about twenty minutes to complete	ongeveer twintig minuten in beslag
	Can you wake me at 7 a.m.?	Kunt u mij wekken om zeven uur ’s morgens?
	It’s time to reconcile.	Het is tijd om te verzoenen.
	The fit lasted about ten minutes.	Het toeval duurde ongeveer tien minuten.
	It started raining around midnight.	Omstreeks middernacht begon het te regenen.
	After midnight, it will be dry in most places.	Na middernacht is het op de meeste plaatsen droog.
	We don’t have time to argue.	We hebben geen tijd om te discussiëren.
	time consuming	tijdrovend
	in no time	in een mum van tijd
	to pay in no time	betalen in een mum van tijd
	My dad used to drive a Beetle.	Vroeger reed mijn vader een Kever.
	simple past tense	onvoltooid verleden tijd