Understand spoken Dutch

Pronouns Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
Am I obliged to file the declaration? Ben ik verplicht om de aangifte te doen?
I knew you were trouble the minute I saw you. Zodra ik je zag, wist ik dat je ellende zou brengen.
She stumbled over her words. Ze is gestruikeld over haar woorden.
So it is wrong, we must change Het is dus verkeerd, we moeten het veranderen
and they clapped their hands and danced around en zij klapten in de handen en dansten in de rondte
I usually take a bath before going to bed. Meestal neem ik een bad vooraleer ik ga slapen.
I bought a new mobile phone. Ik heb een nieuwe mobiele telefoon gekocht.
Tom couldn’t tell one twin from the other. Tom kon de tweeling niet uit elkaar houden.
After the wedding, they had intercourse. Na het huwelijk hadden ze gemeenschap.
Nobody can foresee what’ll happen. Niemand kan voorzien wat er gaat gebeuren.
Can you tell us more about your products? Kan je ons meer vertellen over je producten?
He seemed to understand foreign policy. Hij leek buitenlands beleid te begrijpen.
He tripped over his own feet. Hij is gestruikeld over zijn eigen voeten.
We don’t need any more problems. We hebben geen behoefte aan nog meer problemen.
Do you shave with shaving cream or soap? Scheer je met scheerschuim of zeep?
I would be grateful if you could do that for me. Ik zou dankbaar zijn als je dat voor me zou willen doen.
Around noon, it started to rain. Omstreeks de middag begon het te regenen.
She worked her fingers to the bone. Zij heeft zich uit de naad gewerkt.
My parents advised me not to drive too fast. Mijn ouders hebben me afgeraden om te snel te rijden.
The doctor advised me not to consume too much sugar. De dokter heeft me afgeraden om te veel suiker te eten.