op de kar springen
haar handen op haar schoot
en nou zijn ze op de goeie weg
Zelfs op TV is er racisme.
Wat wil je doen op maandag?
De man had pijn op zijn borst.
een kar die ratelt op de keien
Kunt u mij dat tonen op de kaart?
Er staat veel rommel op de zolder.
De sleutels liggen op mijn bureau.
Dit is van toepassing op veel mensen.
op markten alleen kraampjes met voeding
op de derde overloop stond een deur op een kier
Alle aanwijzingen staan op dat papier.
en op de heg zat een raaf en deed haar klagend gekras horen
daarop nam zij twintig matrassen en legde deze op de erwt
De nieuwjaarszon ging over het kleine lijkje op.
Geen wegwerpbekers meer op evenementen
doodgevroren op de laatste avond van het oude jaar.
Zij ging op een trede van het bordes op de binnenplaats zitten.