de tand
tandarts
palingkop
Zij heeft kort haar.
de nek
tandenborstel
Tom kon zijn ogen niet geloven.
liet het zijn scherpe tanden zien en
het oog
de oren
de tong
de baard
het kopje
de lippen
tandpasta
de wangen
Ik heb bruin haar.
het verstand
Hij heeft grote oren.
Ze heeft stijl haar.