Adjectives Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	garlic and onion	knoflook en ui
	to ruin	te gronde
	tennis lesson	tennisles
	Every hour counts.	Ieder uur telt.
	last week	vorige week
	Snow White	Sneeuwwitje
	half sister	halfzuster
	vehicle in front	voorligger
	long lasting	langdurige
	deadly pale	doodsbleek
	torture chamber	folterkamer
	Tom isn’t very generous.	Tom is niet zo gul.
	the nice house	het leuke huis
	full board	volpension
	Tom is impassive.	Tom is rustig.
	He is chubby.	Hij is mollig.
	I’m chubby.	Ik ben mollig.
	That pear is green.	Die peer is groen.
	That would be nice.	Dat zou fijn zijn.
	gold-coloured	goudkleurig