een giftige kam
Dat was gelogen.
Kerstmis nadert.
Jij bent beroemd.
een laaiend vuur
beste vriendin
een schril gemauw
een gebreid vest
Het draaide zijn kop om, om hem onder de vleugels te steken; maar op hetzelfde ogenblik stond er een vreselijk grote hond dicht bij het eendje.
Één enkel lucifertje zou haar wel goed doen, als zij er maar één uit een doosje durfde nemen, dit tegen den muur afstrijken en zich de vingers daaraan warmen.
Ik ben duizelig.
mineraalwater
chocolademousse
We hebben verf nodig.
razende ontucht
bepaald lidwoord
bazig en betweterig
keurig opgevouwen
Aan wiens kant sta je?
de correcte vorm