Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - D

0 (1) 1 (6) 2 (4) 3 (1) 4 (1) A (1691) B (591) C (1029) D (721) E (441) F (572) G (358) H (941) I (1639) J (101) K (65) L (429) M (582) N (297) O (316) P (719) Q (27) R (442) S (1468) T (6379) U (130) V (105) W (998) X (4) Y (322) Z (10)
English Dutch Recording Learn
Do you wear glasses? Draag je een bril?
Do your parents know where you are? Weten je ouders waar je bent?
Do your utmost to preserve unity. Doe uw uiterste best de eenheid te bewaren.
doable doenbaar
doctor arts
doctor doctor
doctors artsen
document document
documentary documentaire
documents documenten
Does everybody understand? Begrijpt iedereen het?
Does he deserve that role? Verdient hij die rol?
does he have heeft hij
Does he have a chance of winning the election? Heeft hij een kans om de verkiezingen te winnen?
Does he have a dog? Heeft hij een hond?
does he like vindt hij het leuk
Does he like his new job? Bevalt zijn nieuwe baan?
Does he speak English? Spreekt hij Engels?
Does it have a bathroom? Is er een badkamer?
Does it matter? Maakt het uit?
Does she have any children? Heeft ze kinderen?
Does she speak English? Spreekt zij Engels?
Does the colour really matter? Maakt de kleur echt wat uit?
Does the dog swim often? Zwemt de hond vaak?
Does the machine still work? Werkt de machine nog?
Does the room come with bedsheets? Zijn er lakens in de kamer?
Does the room have a bath? Is de kamer voorzien van een bad?
Does the shoe pinch? Knelt de schoen?
Does this bus stop in Brussels? Stopt deze bus in Brussel?
Does this train stop in Brussels? Stopt deze trein in Brussel?
Does Tom like French? Houdt Tom van Frans?
Does your head hurt often? Heb je vaak hoofdpijn?
dogs honden
Dogs are smarter than we think. Honden zijn slimmer dan we denken.
Dogs can't tell colors apart. Honden kunnen kleuren niet onderscheiden.
Dogs love bones. Honden houden van botten.