dit
dit jaar
Dit is mijn moeder.
“Denk je, dat dit de hele wereld is?” zei de moeder.
dit geld
Ik kan dit alleen.
Wat denk je van dit boek?
Iedereen zou dit kunnen.
Dit is mooi.
Dit is genoeg.
dit dorp, ik weet nog hoe het was
Ik weet niet of dit genoeg zal zijn.
Dit is geen hoed.
Is al dit geld van jou?
Tom kocht dit boek voor ons.
Ik kocht dit boek drie dagen geleden.
Ze woont in dit dorp.
Ga jij dit gebruiken?
Ik denk dat dit mijn fiets is.
Waarom heeft Tom dit gekocht?