Nee, ik ken de les niet.
Het valt uit elkaar.
zijn leeftijd
haar leeftijd
Ik eet veel varken.
Wat is er gebeurd?
Ik zal mijn best doen.
Mogen we het menu zien?
Hoe is dat gebeurd?
Wat soort hoed wil je?
Wil je iets drinken?
een ander restaurant
Mag ik de keuken zien?
Ik eet veel kalkoen.
Welke talen spreek je?
Wat een mooie dag, niet?
voordat ze hier kwam
zijn mondhoek
Hoeveel papier wil je?
Tom woont in dit gebied.