de job
de pen
de put
de kin
de lat
VVV-kantoor
de vin
ik wed
de eer
de kok
dadelijk
spierwit
de wig
de kop
de ham
vooras
het lid
het hek
“Je bent verschrikkelijk lelijk!” zeiden de wilde eenden; “maar dat kan ons niet schelen, als je maar niet met iemand van onze familie trouwt!”
een put