volgende week
Mijn naam is Maria.
Ik drink veel wijn.
Ik heb wat zeep nodig.
Ja, ik spreek Engels.
Het is ijskoud
Drink iets met me Tom.
Moet Tom niet eerst gaan?
Dat is wat de dokter zei.
Ik heb een dokter nodig.
Tom liet me niet winnen.
Mag ik de kamer eerst zien?
dat arme, lelijke beest
Ik weet het antwoord al.
Antwoord in het Engels.
Yanni houdt van chocolade.
Yanni heeft een fout gemaakt.
De rekening, alstublieft.
Nog een glas water, alstublieft.
Zij houdt van dieren.