Understand spoken Dutch

Conjunctions Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
Tom and Mary both have blue eyes. Tom en Mary hebben allebei blauwe ogen.
She got married when she was twenty-five. Ze is getrouwd toen ze 25 was.
and drink some swamp water en wat moeraswater te drinken
He asked me whether I could do him a favour. Hij vroeg me of ik hem een plezier kon doen.
It was a princess who stood outside in front of the gate. Het was een prinses, die buiten voor de poort stond.
He always says “Hello” when I see him. Telkens als ik hem zie, zegt hij “Goeiedag!”.
I found one of my shoes under my bed, but I can’t find the other one. Ik heb één van mijn schoenen onder mijn bed gevonden, maar de andere kan ik niet vinden.
black and white zwart en wit
both English and French zowel Engels als Frans
Where do we know each other from? Waar kennen we elkaar van?
both French and Dutch zowel Frans als Nederlands
The new one is the most beautiful! Die nieuwe is nog de mooiste!
How do you use this card? Hoe gebruikt men die kaart?
Tom drinks a lot of beer, and so does Mary. Tom drinkt veel bier, net als Mary.
Tom and I’ve known each other for ages. Tom en ik kennen elkaar al jaren.
Keep speaking, because you speak well. Blijf praten, want je spreekt goed.
Who would be able to understand you? Wie zou je dan kunnen begrijpen?
Tom has been here longer than Mary. Tom is hier langer geweest dan Mary.
free movement of people and goods vrij verkeer van mensen en goederen
Tom and Mary are both very happy here. Zowel Tom als Maria zijn erg gelukkig hier.