Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - G

0 (1) 1 (6) 2 (4) 3 (1) 4 (1) A (1691) B (591) C (1029) D (721) E (441) F (572) G (358) H (941) I (1639) J (101) K (65) L (429) M (582) N (297) O (316) P (719) Q (27) R (442) S (1468) T (6379) U (130) V (105) W (998) X (4) Y (322) Z (10)
English Dutch Recording Learn
gates poorten
gathering scholing
gave gaf
gave (plural) gaven
gave up opgegeven
Gay footballer stirs politics Homovoetballer beroert politiek
Gaza (short form) Gaza
Gaza Strip Gazastrook
gear versnelling
gearbox versnellingsbak
gemstone edelsteen
gender geslacht
gender gender
gender equality gendergelijkheid
genders geslachten
gene gen
general (army officer) generaal
general algemeen
general (long form) algemene
general regulations of transactions algemeen reglement der verrichtingen
generally algemeen
generic generiek
generous gul
generous vrijgevig
generous riant
gentleman heer
geography aardrijkskunde
George (boy's name) Joris
George’s Marvellous Medicine Joris en de geheimzinnige toverdrank
German (long form) Duitse
German Duits
Germany Duitsland
Germany is in the middle of Europe. Duitsland ligt in het midden van Europa.
Gert has always pushed away from himself the business side. Gert heeft die zakelijke kant altijd van zich afgeduwd.
Gert is mainly concerned with the creative process. Gert bekommert zich vooral om het creatieve proces.
gesture gebaar