de hele dag
over de hele wereld
“Denk je, dat dit de hele wereld is?” zei de moeder.
de hele school
Daar moest de prinses nu de hele nacht op liggen.
De moeder der eendjes ging met haar hele familie naar de gracht toe.
het hele verhaal
Ik heb bijna de hele nacht geen oog dichtgedaan!
een hele la
het hele deeg
in het bijzijn van de hele school
Niemand had er de hele dag een van haar gekocht, niemand had haar zelfs een aalmoes gegeven.
Ik heb op iets hards gelegen, zodat ik er over mijn hele lijf bont en blauw uitzie!
Nu reisde hij de hele wereld rond, om zo één te vinden, maar aan allen, die hij zag, ontbrak wat.
Op zekere avond, juist toen de zon in haar pracht onderging, kwam er een hele troep grote vogels uit het bos
Tom snoept de hele dag.
Het is een hele lange vlucht.
zijn hele lichaam verstarde
Zo lag het twee hele dagen; toen kwamen er twee wilde ganzen of, liever gezegd, genten naar hem toe; het was nog niet lang geleden, dat zij uit het ei gekropen waren, en daarom waren zij zo overmoedig.
Het besturingssysteem neemt ineens een hele hap uit het geheugen.
