Understand spoken Dutch

Verbs (all parts) Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
Tom paid for all the pizzas.

Tom heeft alle pizza’s betaald.

The meeting hasn’t begun yet.

De meeting is nog niet begonnen.

He looked at the picture.

Hij keek naar de afbeelding.

it sounds tempting

het klinkt aanlokkelijk

the torches were blown out

de toortsen waren uitgewaaid

He had asked for 50 euros.

Hij had 50 euro gevraagd.

Fame is a magnifying glass.

Roem is een vergrootglas.

You never know how things are going to turn out.

Je weet nooit hoe een koe een haas vangt.

When the weather is nice, we eat on the terrace.

Als het mooi weer is, eten we op het terras.

Kerry rejects Syria conditions

Kerry verwerpt voorwaarden Syrië

She looked both angry and worried.

Ze keek zowel nijdig als bezorgd.

We can’t lose him.

We mogen hem niet kwijtraken.

Have you gone through this completely?

Heb je dit helemaal doorlopen?

I want to emphasize again

ik wil nog eens beklemtonen

“Quack, quack! Come with me, then I will take you into the big world and introduce you in the duck cage: but keep close to me and watch out for the cat!“

“Kwak, kwak! Gaat maar met mij mee, dan zal ik je in de grote wereld brengen en je in de eendenkooi voorstellen: maar zorgt, dat je dicht in mijn nabijheid blijft, en neemt je voor de kat in acht!”

Why do you want to learn Portuguese?

Waarom wil je Portugees leren?

There is also such a thing as coincidence.

Er bestaat ook zoiets als toeval.

I need to see that report today.

Ik moet dat rapport vandaag zien.

Yanni died in Skura’s arms.

Yanni stierf in de armen van Skura.

Tom wants to buy a pony for his son.

Tom wil een pony kopen voor zijn zoon.