een oude tafel
Ik zoek een oude man.
Tom en Mary hebben een oude boerderij gekocht.
de oude tovenaar
een zes jaar oude jongen
“Laat mij het ei, dat niet wil opengaan, eens zien!” zei de oude eend.
zijn oude gewaad
dacht de oude koningin
“Het zijn lieve kinderen die de moeder heeft,” zei de oude eend met het lapje om de poot
Hier woonde een oude vrouw met haar kater en haar kip.
Vraag het zelf maar aan onze meesteres, de oude vrouw
“Wel zo, hoe gaat het?” vroeg een oude eend, die haar eens een bezoek kwam brengen.
“Je moet het zelf weten,” hernam de oude eend en ging weg.
doodgevroren op de laatste avond van het oude jaar.
En terstond vloog er een oude eend naar het arme beest toe en beet het in de nek.
Daar werd er op de stadspoort geklopt, en de oude koning ging er heen, om haar open te doen.
“Nee, het is geen kalkoen,” dacht de oude eend; “kijk eens, hoe ferm hij met zijn poten slaat en hoe recht hij zich weet te houden!”
Houdt je fatsoen en maak een buiging voor de oude eend, die je daar ziet: dat is de voornaamste van alle; zij is van Spaanse afkomst, daarom is zij zo dik.
want haar oude grootmoeder, de enige die haar ooit had liefgehad, maar die nu dood was, had haar verteld, dat er, als er een ster naar beneden valt, een ziel tot God opstijgt.
“De andere eendjes zien er allerliefst uit,” zei de oude eend; “doe maar, alsof je thuis waart, en als je een palingkop vindt, dan kun je die wel aan mij brengen.”