de middag
de wolken
de kosten
het varken
het toilet
het geluid
het moment
middageten
deze middag
de familie
varkensvlees
Goedemiddag.
toiletpapier
Ik eet veel varken.
onderwijskosten
Waar is het toilet?
Hoeveel gaat het kosten?
Ik ga even naar het toilet.
In welk land is Tom op dit moment?
Plof, plof! het riet boog zich naar alle kanten heen.