de gelegenheid
de bijeenkomst
de smartphones
de ambassadeur
de opvattingen
de kussensloop
de protocollen
de watermeloen
het woordenboek
het slachtoffer
de eerste bijeenkomst
Tom kocht een watermeloen.
Ik wil dit woordenboek kopen.
Tom is altijd het slachtoffer.
heel verschillende opvattingen
Ik wil van de gelegenheid gebruikmaken om mijn wensen over te brengen.