de lucht
het licht
Doe het licht uit.
de koude lucht
het riet
de boerderij
de boom
groene boom
luchtaanval
Ik zou graag op een boerderij willen wonen.
het bos
het vuur
de bomen
lichtblauwe
de aarde
groen licht
Tom wil de boerderij verkopen.
Ik wil mijn boerderij verkopen.
Ik moet mijn boerderij verkopen.
We moeten onze boerderij verkopen.