House Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the legs of the table	de poten van de tafel
	He opened the door.	Hij deed de deur open.
	the living room	de woonkamer
	A table for one, please.	Een tafel voor één, alstublieft.
	the telephone	de telefoon
	Yanni didn’t have a phone.	Yanni had geen telefoon.
	Is there a telephone in the room?	Is er een telefoon in de kamer?
	front door	voordeur
	window seat	raamplaats
	zoo	dierentuin
	it had an open window	het had een open raam
	Tom wanted to get back home.	Tom wilde naar huis komen.
	Can we sit by the window?	Kunnen we aan het raam zitten?
	What a beautiful garden.	Wat een prachtige tuin.
	If I had the money, I’d buy a new house.	Als ik het geld had, zou ik een nieuw huis kopen.
	single room	eenpersoonskamer
	double room	tweepersoonskamer
	telephone number	telefoonnummer
	the clock	de klok
	the kitchen	de keuken