de kamers
het terras
Ik poets de keuken.
de gordijnen
Ik wil een auto huren.
Heeft u kamers vrij?
Hij zocht zijn sleutels.
Ik ga vandaag mijn haar wassen.
Yanni moet zijn handen wassen.
Ik poets de keuken bijna elke dag.
daar drong de zonneschijn in het huisje door
De sleutels liggen op mijn bureau.
Wij willen de slaapkamer renoveren.
We moeten een ruimte voor ons feest huren.
De badkamer moet dringend gepoetst worden.
Gisteren hebben wij de woonkamer grondig gepoetst.