de sjerp
de mouwen
de blouse
de tulband
gele hesjes
het T-shirt
Ik draag geen das.
boven zich hadden zij slechts het dak, waardoor de wind heenfloot, al mochten de grootste reten ook met stro en lompen dichtgestopt zijn.
de rode mantel
de zonnebril
wandelschoenen
een gebreid vest
het onderhemd
zich aankleden
de spijkerbroek
Hij greep me bij mijn kraag.
een gebreide bivakmuts
Yanni zijn lichaam was naakt.
Ik zoek een warme, wollen rok.
De politie vatte de dief bij de kraag.