Wat is hun naam?
Wat is zijn naam?
Wat is haar naam?
Wat is er aan de hand?
Ben je daar geweest?
Hoe doe je dat met je hand?
Ik ben er nooit geweest.
Yanni had geen telefoon.
Is er een telefoon in de kamer?
Mooi zo.
Het is hier koud.
Kunnen we daar zitten?
maar er kwamen geen eieren
Tom zou me dat nooit laten doen.
Ik zou dat wel eens willen zien.
En toch zei zij, dat ze een echte prinses was.
Hoe laat?
een paar jaar
Waar is je kat?
vijf voor acht