Understand spoken Dutch

"2 (two)" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
it takes two hours

het duurt twee uur

two weeks ago

twee weken geleden

two vans

twee bestelwagens

to be in two minds

op twee gedachten hinken

and two with mayonnaise

en twee met mayonaise

two meals

twee maaltijden

they choose two teams

zij kiezen twee ploegen

Two robots doing pole dancing with lots of dedication.

Twee robotten doen met veel overgave aan paaldansen.

It was impossible to find a laptop with the two connections.

Het was onmogelijk om een laptop met de twee aansluitingen te vinden.

Two families attack each other on the street with baseball bats

Twee families gaan elkaar op straat te lijf met honkbalknuppels

In a corner formed by two houses, one of which protruded a little more than the other, she squatted down.

In een hoek, die gevormd werd door twee huizen, waarvan het ene een weinig meer dan het andere vooruitsprong, zette zij zich op haar hurken neer.

The little creature had lost them when she rushed across the street, because of two carriages running by, at a terribly high speed.

De kleine echter verloor deze, toen zij over de straat heen snelde, omdat er twee rijtuigen verschrikkelijk hard voorbijreden.

Two shabby-looking wizards stared at him.

Twee sjofel uitziende tovenaars staarden hem aan.

You’re married and have two children.

Je bent gehuwd en hebt twee kinderen.

Inside there was a terrible noise; because there were two families disputing each other’s possession of an eel head, and finally the cat still got it.

Daarbinnen was een verschrikkelijk rumoer; want daar waren twee families, die elkaar het bezit van een palingkop betwistten, en eindelijk kreeg de kat die toch.

Politicians need two years of delousing

Politici moeten twee jaar ontluizen

It lay there for two whole days; then two wild geese or, rather said, gannets came to him; it was not that long ago that they hatched from the egg, and that is why they were so overconfident.

Zo lag het twee hele dagen; toen kwamen er twee wilde ganzen of, liever gezegd, genten naar hem toe; het was nog niet lang geleden, dat zij uit het ei gekropen waren, en daarom waren zij zo overmoedig.

He cuts the grass every Saturday at two o’clock in the afternoon.

Hij maait het gras iedere zaterdag stipt om twee uur ’s middags.

A daughter is a person of the female gender in relation to one or two parents.

Een dochter is een persoon van het vrouwelijk geslacht in relatie tot een of twee ouders.

Gustav was so distracted early this morning that he accidentally put on two different socks.

Gustav was vanmorgen vroeg zo verstrooid dat hij per ongeluk twee verschillende sokken had aantrokken.